TeamDrive is een applicatie waarmee het mogelijk is om je bestanden tussen pc’s te synchroniseren. Het gaat echter verder dan dat: met TeamDrive maak je automatisch back-ups van bestanden, houd je documentrevisies bij en kun je als team samenwerken.
TeamDrive-onderdelen
TeamDrive bestaat uit twee componenten: een server- en een clientcomponent. Voor persoonlijk gebruik is TeamDrive gratis, maar heb je wel een opslaglimiet van tot 10 GB. De server is eenvoudig op te zetten en werkt op Windows, macOS en Linux. Op de server wordt je data versleuteld met 256 bit AES, zodat niemand zomaar je data in kan zien. Je kunt ook alleen de TeamDrive-client gebruiken, waarbij je data in de cloud wordt opgeslagen.
TeamDrive heeft ook apps voor Android en iOS.
TeamDrive Server
Om de server te installeren, download je de betreffende software voor jouw besturingssysteem. Wij installeren de server op Ubuntu 16.04. Daarvoor scrol je onderaan naar de sectie TeamDrive Personal Server en download je het .tar.gz-bestand. Pak het bestand uit met het commando tar -xvzf TeamDrive*. Ga daarna de TeamDrive-map in met cd tdps. Het is nu als eerste nodig om een wachtwoord, waarmee de data op de server wordt versleuteld, te hashen met md5. Je kunt dat doen met het commando ./tdps-md5pwd je-wachtwoord. Kopieer de md5-hash die je terugkrijgt. Nu is het tijd om het configuratiebestand aan te passen. Daarvoor typ je nano tdps.config. Plak bij server-password= daarachter je md5-hash van net. Je kunt in nano plakken met Ctrl + Shift + V. Vul daarna bij server-host= het IP-adres in van je server of de hostnaam, zonder http ervoor, in. Vul bij repository-name= een naam in van je project en bij repository-path= de locatie waar je de data wilt opslaan. Maak in die map een leeg bestand aan genaamd space-db. Sla daarna het configuratiebestand op met Ctrl + X, Y en Enter om de wijzigingen actief te maken. Om de server te starten, typ je ./tdpsd in de terminal. Je stopt de server met ./stop-tpds. Vervolgens open je een browser en ga je naar http://[ip-adres]:37655/ping.xml. Krijg je dan http-statuscode 200, dan is alles in orde.
Een voorbeeld van het configuratiebestand voor TeamDrive Server op Linux.
TeamDrive Client
Nu je de TeamDrive-server werkend hebt, kun je eenvoudig er met de client mee verbinden. Download de TeamDrive-client voor jouw besturingssysteem en volg de installatiestappen en opzetwizard. Om te verbinden met de net opgezette server, klik je op het hoofdscherm op het tandwieltje linksboven en ga je naar Server. Hier voer je bij URL de link in van de server, de hostnaam of het IP-adres. Vul ook het wachtwoord in dat je eerder met md5 gehasht hebt en klik op Aanmaken. Na installatie kun je op het hoofdscherm een Space aanmaken, waar je het mogelijk wordt om bestanden in op te slaan. Klik links op Space aanmaken, vul een spacenaam in en klik op Space aanmaken. In een Space kun je dan nieuwe mappen maken en bestanden plaatsen.
Om verbinding te maken, heb je alleen het wachtwoord van net en de URL nodig.