Als je Video Pro X4 start, vallen er meteen twee dingen op. Het opstarten verloopt aanzienlijk sneller en de tijdlijn is in een modern jasje gestoken. De importfunctie is uitgebreid met ondersteuning voor Apple ProRes en Avid DnxHD-bestanden en er is nu hardwarematige ondersteuning voor Blackmagic Intensity en Decklink. Daarnaast zijn er templates voor het werken met 24p- en 50p-bestandsformaten. Erg handig is de optie om uitgebreide metadata en exif-informatie op te vragen voor avchd-bestanden op de tijdlijn.

De verbeterde tijdlijn ziet er goed en rustig uit en beschikt over een aantal nieuwe opties. Zo zijn de spoorhoogtes aan te passen en wordt de audio bij de video niet meer op een apart spoor gezet. Tevens staan er in de track header twee schuiven om de transparantie en het volume van een track aan te passen. Dit kun je ook nog steeds doen per object, maar de hendels hiervoor verschijnen nu alleen nog als je met de muis over een object beweegt.

Uiterlijk is er dus behoorlijk wat gesleuteld aan Video Pro X4, maar Magix heeft niets vernieuwd aan de beschikbare montageopties. De trimmogelijkheden zijn erg beperkt en je krijgt daarbij nooit twee beelden tegelijkertijd te zien om de beeldwisseling makkelijker te kunnen maken. Vervelend is ook dat het beeld regelmatig hapert in de monitor bij het trimmen en dat je geen gebruik kunt maken van een vectorscope, rgb- of waveformmonitor om het beeld op kleur of helderheid te kunnen beoordelen.

Effecten en prestaties

Een handige, nieuwe functie is de mogelijkheid om een effect in één keer toe te kennen aan verschillende geselecteerde objecten op de tijdlijn. Het effect kun je daarna aanpassen voor alle clips tegelijkertijd, maar ook met één klik weer resetten of verwijderen. Het bewerken van effecten is eenvoudiger geworden, doordat nu het originele beeld automatisch wordt getoond in de bronmonitor.

Magix heeft gesleuteld aan de prestaties om het werken met avchd-video in hd-resolutie in combinatie met effecten te versoepelen. Hiervoor werken ze met Cuda voor nVidia-kaarten en OpenCl voor AMD-kaarten. Het afspelen van de video en het berekenen van klein aantal effecten wordt gedaan met behulp van de gpu. Dit levert een redelijke snelheidwinst op, die vooral merkbaar is als je met één videospoor werkt en je beschikt over een nVidia-kaart. De implementatie van OpenCl voor AMD-videokaarten is namelijk een stuk minder geslaagd.

Werk je met meerdere videosporen of maak je gebruik van effecten die niet worden afgehandeld door de gpu, dan ontkom je er niet aan om de video tussentijds te moeten renderen. Hiervoor is een nieuwe functie geïmplementeerd die automatisch de kritieke delen op de tijdlijn converteert naar mpeg2.

Export

De exportopties van mp4 zijn uitgebreid met verschillende templates, waaronder die voor 24p- en 50p-projecten. Bij het exporteren kan ook de gpu worden ingeschakeld voor het berekenen van effecten, mits je beschikt over een nVidia-kaart. Exporteer je met de h.264-codec, dan kun je alleen bij de export naar een m2ts-bestand gebruikmaken van Cuda of OpenCl om het renderproces veel sneller te laten verlopen.