Met de introductie van Knol begeeft Google zich ook op het terrein van online encyclopedieën. Nu vrijwel iedereen Wikipedia gebruikt, rijst de vraag: wat kan Knol daaraan toevoegen?

Google Knol is een nieuwe online encyclopedie en de eerste versie werd in december 2007 voor een besloten groep gebruikers beschikbaar gesteld. Sinds de zomer van 2008 kan iedereen met een Google-account zelf bijdragen leveren aan Knol. Het woord 'knol' is turbotaal voor 'unit of knowledge': een stuk tekst over een bepaald onderwerp. In tegenstelling tot Wikipedia, waar auteurs redelijk anoniem zijn, is het direct duidelijk wie het artikel heeft geschreven. Bij elke knol kan de auteur iets over zijn achtergrond vertellen en een foto van zichzelf plaatsen. Het is dan duidelijk wie de informatie heeft geschreven en de eindgebruiker kan zelf beoordelen welke waarde hij aan die auteur wil toekennen. Bij Google Knol kunnen meerdere auteurs over hetzelfde onderwerp schrijven. Volgens Google komt dat de diversiteit en objectiviteit ten goede, want een auteur is altijd min of meer subjectief.

Niet kwetsen

U kunt overal een knol over schrijven en Google zal niets aan uw teksten veranderen. Als uw teksten echter discriminerend, kwetsend of in strijd met de goede zeden zijn, dan zal uw knol worden verwijderd. Om een knol aan te maken, logt u in met uw Google-account. Het is wel belangrijk dat u met uw echte naam een knol aanmaakt. Na het inloggen komt u in een omgeving waarin u via een online tekstverwerker uw teksten kunt invoeren. Als u nog nog niet helemaal tevreden bent over uw tekst, kiest u voor Unpublish Knol. Is alles naar wens, dan kiest u voor Publish Knol. U hoeft niet bang te zijn dat uw teksten eeuwig op internet beschikbaar blijven, want u kunt altijd nog kiezen voor de optie Delete Knol. Het is toegestaan om Nederlandse teksten in Knol in te voeren, al is de gebruikersomgeving voorlopig nog in het Engels.

Overigens kunt u met meerdere gebruikers aan een knol werken. Wat het leveren van een bepaalde bijdrage betreft, zijn er drie mogelijkheden. U kunt kiezen voor Open Collobaration, wat betekent dat iedereen met een Google-account uw teksten kan bewerken. Als u kiest voor Moderated Collaboration kunnen anderen ook mutaties doorvoeren, maar deze zullen pas zichtbaar zijn op de site als u ze hebt goedgekeurd. Bij Closed Collaboration is het niet mogelijk dat andere gebruikers mutaties doorvoeren, tenzij u deze hebt geautoriseerd. Welke vorm u ook kiest, altijd is na te gaan wie op welk moment een tekst heeft aangepast.

Advertenties

Als u wilt, kunt ook geld verdienen met uw bijdragen op Google Knol. Het is mogelijk om Google relevante advertenties rondom uw knol te laten plaatsen. U deelt dan in de advertentie-opbrengsten. De vraag is of een eindgebruiker zit te wachten op reclame-uitingen als hij serieus op zoek is naar informatie. Gelukkig kunt u als beheerder van een knol zelf bepalen of er wel of geen reclame te zien is. Wie waarschijnlijk ook een hoop geld aan Knol kan verdienen, is een ondernemer uit Dordrecht. Als eigenaar van Knol Stoomreinigers is hij in het bezit van de domeinnaam knol.com. Google heeft een bedrag geboden van vijf nullen, maar dat is volgens de huidige domeinhouder niet genoeg. Hij wil minstens een bedrag van zes nullen voor zijn domeinnaam ontvangen, aangezien hij veel kosten moet maken voor verandering van drukwerk, en de belasting wil ook nog een deel van het geld zien.PluspuntenMinpuntenConclusie

  • informatie is niet anoniem

  • mogelijkheid geld met je bijdrage te verdienen

  • advertenties rondom een knol kan als storend ervaren worden

Of Google Knol net zo'n succes wordt als Wikipedia valt nog te bezien. Behoefte aan betrouwbare en gratis informatie zal er altijd zijn, maar een nadeel is dat er advertenties te zien zullen zijn rond een knol. Het feit dat auteurs hun naam bekend moeten maken voordat ze mogen publiceren, is positief voor de inhoudelijke kwaliteit van de dienst. Daardoor zullen de auteurs immers wel oppassen met het geven van foute informatie.

8,0

Ons oordeel

Pluspunten

Minpunten

Conclusie

...
Lees meer
Deel dit artikel
Voeg toe aan favorieten