675.000 dollar boete voor 30 muzieknummers

Joel Tenenbaum, student aan de Universiteit van Boston, ontkomt niet aan een boete van maar liefst $675.000 voor het delen van 30 muzieknummers op filesharingsites. De boete was eerder opgelegd door een rechtbank, maar blijft nu ook in hoger beroep overeind.

Tenenbaum wilde de uitspraak van de rechtbank aanvechten voor de Supreme Court, het hoogste rechtelijke orgaan van de Verenigde Staten. Deze heeft gisteren zijn hoger beroep afgewezen. Het is de tweede keer dat de Supreme Court een hoger beroep van een RIAA-rechtszaak afwijst. Het gevolg is nu dat Tenenbaum niet meer onder zijn oorspronkelijke boete van $675.000 uit kan komen.

Boetebedrag verlaagd

Het vervelende voor Tenenbaum is dat zijn oorspronkelijke boetebedrag aanvankelijk door een rechter was verlaagd van $675.000 naar $67.500. De rechter vond de boete voor het delen van 30 nummers op Kazaa veel te hoog, maar haar uitspraak kreeg kritiek uit opvallende hoek: de regering Obama vond dat een rechter niet mocht tornen aan het schadebedrag dat door de Copyright Act wordt genoemd (maximaal $150.000 per muzieknummer). Een jury draaide de uitspraak daarna terug naar het oorspronkelijke schadebedrag, waarna een nieuwe rechter hiermee akkoord ging.

Remittur: jury in twijfel trekken

Deze rechter heeft veel kritiek gekregen, omdat hij een 'remittur' had kunnen indienen, om de uitspraak van de jury in twijfel te trekken. Het gevolg was dan geweest dat Sony (de aanklager) het lagere schadebedrag had kunnen accepteren, of dat het proces helemaal opnieuw gedaan zou moeten worden. Een dergelijke 'remittur' is wel toegepast in die andere spraakmakende RIAA-rechtszaak, tegen Jammie Thomas-Rasset. Hier eiste de RIAA aanvankelijk $1,5 miljoen voor het delen van 24 nummers. De jury ging hiermee akkoord, maar een rechter verlaagde het bedrag naar $54.000 en diende meteen een remittur in omdat het schadebedrag buitensporig en onredelijk zou zijn. Na deze beslissing is de RIAA in hoger beroep gegaan, vooralsnog zonder uitspraak.

Geen definitieve uitspraak

De grote vraag is nu of de rechter de macht heeft om een schadebedrag te verlagen. De RIAA vindt van niet, de rechter (en de beklaagde) vinden uiteraard van wel. De hoop op een definitieve uitspraak was gevestigd op de Supreme Court, maar die wil blijkbaar zijn vingers niet aan dit onderwerp branden.

Deel dit artikel
Voeg toe aan favorieten