Als we spreken over uitvinders, dan hebben we het vaak over Edison, de broers Wright en Kwolek. Briljante breinen die een grote bijdrage hebben geleverd aan de wetenschap zoals wij die nu kennen. In dit technologietijdperk zijn er ook een heleboel inspirerende uitvinders te ontdekken. Zonder onderstaande personen zou de huidige tech-industrie er misschien wel heel anders hebben uitgezien.
1. Timothy Berners-Lee
Het is een mooie titel, ‘uitvinder van het wereldwijde web’. Er is maar één iemand die hem draagt en dat is Timothy Berners-Lee. Hij is een computerwetenschapper die bij de Europese Organisatie voor Nuclear Research (CERN) werkte in 1980. Het leek hem een goed idee om hyperlinks te gebruiken om informatie-updates aan de onderzoekers te verstrekken. Ruim tien jaar later bouwde hij zijn eerste website bij CERN. Zijn idee was overigens al vrij snel groter dan binnen CERN alleen. Hij wilde echt een open web hebben dat beschikbaar en van waarde is voor iedereen. Dat is goed gelukt.
2. Donald Knuth
Donald Knuth (zie bovenstaande foto) is de geestelijk vader van de analyse van algoritmes. Dit rekenwonder verhief programmeren tot een hogere kunst en schreef er een boek over dat nog steeds als een bijbel geldt voor veel IT’ers: The Art of Computer Programming. Alleen een boek schrijven deed hij niet om in dit artikel voor te mogen komen, hij is namelijk ook de man achter de programmeersystemen EB en CWEB.
3. Robert J. Marks II
Meneer Marks bevindt zich in een veld dat misschien wat minder tastbaar is als dat van de bovenstaande heren, maar hij heeft enorm veel bijgedragen aan technologie. Hij is een elektrotechnicus die furore maakte met de tijdlijnfrequentieverdeling van Zhao-Atlas-Marks. Dit speelt in op signaalverwerking, theorie binnen de Shannon-samplingtheorie en de Papoulis-Marks-Cheung-benadering bij multidimensionale sampling.
Klinkt allemaal enorm ingewikkeld, maar in het kort betekent het dat hij veel invloed heeft binnen computerintelligentie en de toekomst hiervan. Hij is niet voor niets de eerste leider van de Neural Networks Council binnen het Institute of Electrical and Electronics Engineers (IEEE). Hij is echter meer dan dat, zo heeft hij geholpen met radium-toepassingen in het behandelen van prostaatkanker en met ‘fuzzy logic’ aan hoe onze elektriciteitsnetwerken werken.
4. Shunpei Yamazaki
Hij schijnt productiever te zijn dan Edison en dat verbaast ons niets: Shunpei Yamazaki heeft meer dan 2.000 patenten op zijn naam staan. Een van zijn mooiste uitvindingen is die van LCD-displays, nadat hij ontdekte dat je bepaalde lagen op elkaar moest aanbrengen met kristallen en een polarisatiefilter. De meeste van zijn patenten draaien dan ook om computer- en televisieschermen en de technologie erachter.
5. Kia Silverbrook
Silverbrook heeft ooit iets gepresenteerd dat de fantasie van mensen zo te boven ging, dat ze dachten dat hij de boel probeerde op te lichten. Silverbrook was echter bloedserieus toen hij op de proppen kwam met Memjet, een technologie waarmee je razendsnel kleurenprints kon maken. Maar hij is net als Yamazaki enorm productief. Hij heeft een heleboel uitgevonden, waaronder de manier waarop je telefoon ‘zoekt’ naar gezichten als je een foto wil maken.
6. Charles Townes
Zelf heb je het vaak niet door, een heleboel dingen die je gebruikt zijn vervaardigd door onder andere de toepassing van laser. Dat heb je te danken aan Townes. Hij werkte veel met microgolftechnieken en daaruit kwam maser voort. Maser is een laser van microgolven door alkalidampen. Deze optische maser kennen we tegenwoordig als laser.
Laser werd uiteindelijk voor het eerst werkend gedemonstreerd door iemand anders, namelijk Theodore Maiman. Maar het waren Townes en zijn collega Schawlow die het octrooi erop hadden. Leuk detail: Maiman gebruikte geen gassen, maar een robijnstaafje. Townes is zich later in zijn leven meer gaan toeleggen op masers en lezers binnen de astronomie, waardoor in de ruimte onder andere complexe organische moleculen zijn ontdekt en in het centrum van de Melkweg het zwarte gat.
7. Rebecca Kantar
Kantar verliet haar studie aan Harvard om haar droom na te jagen: Imbellus. Het is een bedrijf dat tests ontwikkeld die de mate van probleemoplossend vermogen moet meten, en niet slechts of een antwoord op een multiple choice-test juist is. Zo kan er nog beter worden toegespitst op de student zelf, in plaats van een gestandaardiseerde test. In Kantars ogen kan dit ervoor zorgen dat we breinen ontwikkelen die de mensheid van uitsterven kunnen redden.
Ze doelt dan vooral op de SAT-test, een soort CITO-toets binnen Amerika, waarbij niet wordt gekeken naar context. Volgens Kantar heb je echter niet dezelfde skills nodig voor elk beroep, waardoor die test wat haar betreft niet zoveel toevoegt als zou kunnen. Een dapper plan binnen de vaak onbeweegbare muren van het onderwijs.
8. Gordon Moore
Intel’s modemtak mag dan net verkocht zijn aan Apple, de chipfabrikant had niet bestaan zonder Gordon Moore. Moore is bekend van ‘Moore’s Law’. Die wet van Moore stelt dat de hoeveelheid transistors in een geïntegreerde schakeling door technologische vooruitgang om het jaar verdubbelt. Hij voorspelde dat in 1965 en had tot enkele jaren geleden gelijk, maar inmiddels wordt gedacht dat we de fysische barrière inmiddels steeds vaker tegen gaan komen.
9. Sebastian Thrun
Sebastian Thrun is een van de grote nieuwe uitvinders. Hij startte Google X en Google’s zelfrijdende auto-divisie en werkt inmiddels bij diverse andere organisaties. Zo ontwikkelde hij met zijn team het robotische voertuig Stanley. Hij is gespecialiseerd in robots en is bovendien een voorvechter van internetvrijheid, wat hem niet alleen een slimme maar ook een heel uitgesproken man maakt. Hij kan goed creatief denken en hij houdt zich veel bezig met hoe kunstmatige intelligentie onze wereld beter kan maken.
10. Bob Metcalf
Bob Metcalfe is de man achter het ethernet. Hij werkte bij Xerox maar startte zijn eigen bedrijf 3Com, dat handelde in netwerkhardware. Metcalfe is de man die ooit zei: “Het aantal aangesloten apparaten doet de waarde van een netwerk kwadratisch toenemen.” Kortom, hoe meer apparaten er in één netwerk zitten, hoe meer waarde dit netwerk heeft voor zijn gebruikers.
Dankzij Metcalfe bestaan er LAN-parties, waarin gamers in grote getale op één netwerk tegen elkaar games spelen. En, nog wel belangrijker, Metcalfe heeft er met zijn netwerkoplossing voor gezorgd dat er op veel universiteiten werkstations met elkaar konden communiceren. Als er eentje bovendien op het internet was aangesloten, dan had de rest dat ook. De uitvinding van Metcalfe heeft dus ook een belangrijke uitwerking gehad op het internet in z'n algemeen.