Hoewel veel consumenten denken dat telefonieaanbieders veel geld verdienen met de verkoop van mobiele telefoons, is de realiteit dat de telefoons flink gesubsidieerd worden in de hoop dat klanten langdurige contracten afsluiten. Door de komst van Apple's iPhone moeten telefoniebedrijven een flink gedeelte van hun marges inleveren om competitief te blijven in de lucratieve smartphonemarkt. Volgens analisten is de winst van de Amerikaanse telecomgigant AT&T met vijf procent afgenomen sinds het bedrijf de iPhone verkoopt.
Doordat de iPhone beter verkoopt dan AT&T had verwacht, blijft de trendy smartphone de komende maanden op AT&T's winst drukken.
Concurrenten als Verizon en Sprint zien ook hun winst dalen omdat ze flinke kortingen moeten geven op de nieuwste smartphones. Voor Sprint's Instinct-telefoon hoeft een klant maar $130 te betalen. Voor de komst van de iPhone zou de Instinct rond de $299 hebben gekost. Verizon's Voyager-telefoon kost nu $99, terwijl de smartphone vorig jaar nog voor $299 over de toonbank ging.
Door de kredietcrisis letten consumenten extra goed op hoeveel ze verbellen om geen torenhoge telefoonrekeningen te krijgen. De telefonieindustrie krijgt dus klappen van meerdere kanten; agressievere concurrentie, een slecht economisch klimaat en zuinige klanten.
Analisten verwachten dat alle telefonieaanbieders de komende maanden slechte financiële resultaten zullen presteren. Mogelijk gaan de bedrijven nog meer subsidie geven op mobiele telefoons om meer klanten aan te trekken. Maar elke verhoging van de subsidie zorgt voor een afname van de winst. En in een wereldwijde kredietcrisis staat het geven van een winstwaarschuwing bijna gelijk aan zelfmoord.