Er is een Nederland een aanslag voorkomen dankzij de spionageprogramma's van de NSA. Althans, dat zegt de Commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten op basis van gegevens van de NSA en de Nederlandse inlichtingendiensten. Er zijn geen verdere details bekend over de vermeende aanslag.

Het rapport stelt dat er "dankzij de inzet van PRISM" 26 aanslagen in Europa zijn verijdeld. Eén daarvan zou in Nederland zijn. Dat is alle informatie die er bekend is. Om welke personen of groeperingen het zou gaan is niet onbekend, evenals de aard van de vermeende aanslag. De commissie zou er op 3 juli vorig jaar al over zijn geïnformeerd.

Inlichtingendiensten

Het rapport werd uitgebracht door de Commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten, die in de volksmond inmiddels de 'commissie stiekem' heet. Die commissie moest op zoek gaan naar de werkwijze van de inlichtingendiensten en deed daarvoor onderzoek naar de AIVD en MIVD, en hun relatie met het Ministerie van Binnenlandse Zaken.

PRISM

De commissie concludeert nu dat het gebruik van het PRISM-programma ons land ten goede is gekomen. PRISM is één van de vele programma's die de Amerikaanse inlichtingendienst NSA gebruikte om op grote schaal burgers te bespioneren. Aan het PRISM-programma deden vermoedelijk ook tech-giganten als Microsoft en Google mee, al ontkennen die bedrijven wel iedere betrokkenheid bij de spionage.

Plasterk

Als er inderdaad een aanslag is verijdeld door middel van PRISM, zou dat wel eens vervelend nieuws kunnen zijn voor minister van Binnenlandse Zaken, Ronald Plasterk. Die gaf vorig jaar nog aan dat het toch echt de Nederlandse inlichtingendiensten waren die meta-data hadden verzameld van Nederlanders, en niet de NSA. Volgens de minister zou de Amerikaanse inlichtingendienst niet zelf aan datavergaring in Nederland hebben gedaan.

Deel dit artikel
Voeg toe aan favorieten