Gemeenten mogen drones met gezichtsherkenning gaan gebruiken

Gemeenten mogen binnenkort drones met gezichtsherkenning inzetten voor veiligheidsdoeleinden. Dat heeft de Tweede Kamer gisteren besloten naar aanleiding van een wetsvoorstel van minister Opstelten. Alleen de SP, GroenLinks en de Partij voor de Dieren stemden tegen de wet.

Het voorstel bepaalt dat gemeenten voortaan zelf mogen beslissen over het inzetten van mobiel cameratoezicht. Daartoe horen mobiele camerapalen, maar ook de inzet van vliegende drones.

Veiligheid?

Volgens het wetsvoorstel "draagt cameratoezicht bij aan de verbetering van de veiligheid in de publieke ruimte", al is er nog nooit een rapport geweest dat onvoorwaardelijk concludeert dat dat ook echt zo is.

Proportionaliteit

Het blijft mogelijk om vaste camera's in te blijven zetten voor opsporings- en preventiedoeleinden. "Het plaatsen van vaste camera's blijft onverminderd mogelijk", staat in het voorstel te lezen. Ondertussen moet bij het inzetten van mobiele camera's goed op de proportionaliteit worden gelet. "Het kan worden gesteld dat de inzet van drones als een zwaarder middel is dan de inzet van vaste camera's."

Drones worden al vaker gebruikt voor opsporingsdoeleinden, maar daarbij ging het voornamelijk om het zoeken naar bijvoorbeeld verstopte wietplantages. Drones mogen nu echter ook worden ingezet wanneer de burgemeester dat nodig acht, bijvoorbeeld in uitgaansgebieden in het weekend.

Function creep

In het wetsvoorstel staat op zichzelf niets over gezichtsherkenning, maar Opstelten sluit niet uit dat dat in de toekomst tot de mogelijkheden zal behoren. Op dit moment is dat alleen mogelijk als de drones laag vliegen en als iemand recht omhoog kijkt, maar de minister zegt nu al dat het in de toekomst mogelijk moet worden om ook gezichtsherkenning in het algemeen te gebruiken. "Ik kan nu niet voorzien wat we in de toekomst met de drones willen, dus wordt dat niet afgekaderd in de wet", zegt Opstelten in antwoord op Kamervragen.

Deel dit artikel
Voeg toe aan favorieten